Het verlangen naar het kalifaat

image_pdfimage_print
 –  Gert Jan Geling –

Waarom de hang naar een grote islamitische beschaving moslims in de armen van IS drijft

Uit de hele wereld trekken voornamelijk jonge, geradicaliseerde moslims naar Syrië en Irak om daar te strijden voor IS. Als oorzaken achter deze radicalisering en het afreizen naar Syrië en Irak wordt een breed scala aan oorzaken genoemd. Oorzaken zouden zowel in de maatschappelijke, de sociaaleconomische, de religieuze als de persoonlijke sfeer liggen. Een oorzaak wordt tot nog toe weinig benoemd in de discussie over Syriëgangers: het collectieve geheugen van de Ummah, de wereldwijde moslimgemeenschap en de prominente rol die het verlangen naar het kalifaat, naar een grote islamitische beschaving, daarin speelt. Veel Syriëgangers reizen niet zozeer af omdat zij willen strijden voor de IS, maar omdat zij willen leven, werken en hun kinderen laten opgroeien in het kalifaat.

Het kalifaat is iets wat bij veel moslims overal ter wereld tot de verbeelding spreekt. Het begrip kalifaat roept herinneringen op naar de tijd van de kaliefen, naar de tijd van Al-Andalus (Andalusië, ooit het middelpunt van de islamitische beschaving) en naar de tijd dat de islamitische wereld een grote beschaving was waar de rest van de wereld tegenop keek. Het kalifaat staat, kortom, voor nostalgie. Nostalgie naar een ver verleden waarbij het lijkt alsof alles toen beter was. Zeker in een tijd waarom het soms lijkt alsof het Midden-Oosten op instorten staat is er de behoefte aan een islamitische beschaving waar moslims weer trots op kunnen zijn. En in het verleden bestond deze beschaving, in de vorm van het kalifaat. Het kalifaat, met name het verlangen daarnaar, leeft daarom ook sterk in het collectieve geheugen van moslims overal ter wereld.

Er bestaat in de islamitische wereld, maar ook onder moslims in Europa, een breed gedragen behoefte aan een islamitische heropleving. Overal ter wereld opereren partijen die zich baseren op de islam en zich inspannen voor een renaissance van het islamitische verleden. Men wil de glorietijden die de islamitische beschaving ooit kende doen herleven. Vooral de tijd van de stichting van het kalifaat, van Mohammed en de eerste Kaliefen, en de bloeitijd van het Abbasidische kalifaat. Deze tijden, waarin de islamitische beschaving op allerlei terreinen, van wetenschappelijk tot filosofisch, en van religieus tot militair, de toon zette in de wereld wil men doen wederkeren. Zodat er een islamitische beschaving kan ontstaan die niet van anderen hoeft te leren, maar waar anderen juist graag van willen leren. Een beschaving die een leidende rol speelt in de wereld, zoals het Westen deze gespeeld heeft de afgelopen 200 jaar.

En IS springt op dit breed heersende gevoel in. Tot nu toe slaagde IS er niet in de massa’s voor zich te winnen. Steun voor de IS bleef beperkt tot binnen de jihadistisch-salafistische hoek waar zij uit voortkomt. Maar juist door in te spelen op het gevoel dat het kalifaat oproept hoopt IS een breder publiek voor zich te winnen. Succes bij de uitbreiding van het kalifaat is hierbij van cruciaal belang. Want hoe groter het territorium van het kalifaat, hoe groter de legitimiteit van de claims van de IS. IS streeft er dan ook naar om haar huidige kalifaat te doen lijken op het vroegere. Hoe meer haar dit lukt, hoe meer steun zij zal krijgen.

Toen IS het kalifaat uitriep, in juni 2014, volgde een enorme golf van nieuwe strijders die in dienst van de IS wilden treden. Het uitroepen van het kalifaat had duidelijk een effect op een deel van de jonge moslims in de wereld. Met dit uitroepen verzekerde de IS zich dan ook van grotere steun dan zij daarvoor had. Dit effect probeert de IS vast te houden. De aanslagen die in 2015 plaatsvonden in Tunesië, Koeweit en Frankrijk waren mede hiervoor bedoeld. Door deze aanslagen wilde IS de verjaardag van stichting van haar kalifaat, ongeveer een jaar geleden, markeren, en de aandacht op deze gebeurtenis vestigen en vasthouden. De stichting van het kalifaat is dan ook van cruciaal belang in de propaganda die de IS wereldwijd verspreid.

Het instrument om dit kalifaat te stichten is de gewelddadige jihad. IS heeft de jihad, van oorsprong een defensieve vorm van strijd, gereduceerd tot een gewelddadige manier om haar kalifaat te vestigen. Deze jihad is in de ogen van IS een plicht voor alles moslims. De grote meerderheid van de moslims verwerpt dit gegeven, maar een klein deel gaat erin mee. De aantrekkingskracht van geweld als middel om een utoptie tot stand te brengen is iets wat we vaker zien in de geschiedenis. Maar als het om het kalifaat gaat is deze strijd nog sterker omdat IS claimt dat de gewelddadige strijd religieus is gelegitimeerd.

Hoe kunnen we In Nederland het beste omgaan met het verlangen naar een kalifaat en de jihad als weg om er te komen? IS streeft naar erkenning van de oprichting van haar kalifaat. Hoe meer wij dit feit erkennen, hoe meer legitimiteit de IS krijgt, wat op termijn alleen maar zal resulteren in meer steun voor de IS. Dit pleit tegen erkenning van de stichting van het kalifaat, en in dit licht zou het zelfs goed zijn om de term helemaal niet te noemen wanneer we over het territorium van de IS praten. Op deze manier voorkomen we misschien dat potentiële radicalen het huidige gebied dat de IS onder controle heeft gelijkstellen aan het kalifaat uit de geschiedenis van de islam.

Aan de andere kant mogen we ook niet onze kop in het zand steken. Het is een feit dat het verlangen naar het kalifaat leeft in het collectieve geheugen van de Ummah. Tot op heden zijn er veel moslims in de wereld die positief denken over het kalifaat, en die ernaar streven dat de islamitische wereld weer een leidende rol gaat spelen, zoals zij ooit eeuwenlang deed. Alleen als we dit feit erkennen en openlijk benoemen, kunnen we de oorzaken van de groeiende legitimiteit van IS dankzij haar kalifaat aanpakken. Hoe kunnen we de groep waar de IS zich op richt ervan overtuigen dat het streven naar de heroprichting van het oude kalifaat in de moderne tijd geen goede zaak is? Hoe maken we duidelijk dat het kalifaat naar mijn mening iets is wat tot een ver verleden behoort, iets wat moslims in de huidige tijd niet meer nodig hebben? En dat het een goede zaak is wanneer mensen niet in nostalgie vluchten, maar in plaats daarvan de uitdagingen van de moderne tijd aangaan?

Als we ons beperken tot Nederland en andere Europese landen dan zien we dat veel Europese moslims nog met een been in het Midden-Oosten, Noord Afrika en Zuid-Azië staan. Velen van zijn de afgelopen decennia ofwel zelf naar Europa gemigreerd, ofwel kinderen of kleinkinderen van migranten. Zij zijn opgegroeid binnen een cultuur en religie waarvan het zwaartepunt zich buiten Europa bevindt. Ondanks het feit dat slechts een minderheid van de moslims in het Midden-Oosten woont, bevindt het religieuze, culturele en politieke hart van de islamitische wereld zich wel degelijk daar. In landen als Saudi-Arabië, Egypte, Palestina, Syrië, Irak, Iran en Turkije. Wat daar gebeurt beïnvloed moslims in Europa.

Dit verklaart mede de aantrekkingskracht van de oorlog in Syrië op een deel van de moslimjeugd in Nederland en andere Europese landen. En het verklaart ook waarom de IS het feit dat zij een kalifaat heeft gesticht zo nadrukkelijk naar voren brengt in haar propaganda. Het zet de moslimjeugd aan om naar Syrië af te reizen, om daar te leven in de ultieme utopische islamitische samenleving: het kalifaat. Deze strategie van IS werpt overduidelijk haar vruchten af. En het is van groot belang om deze tegen te gaan willen we voorkomen dat de invloed van IS op een deel van de jonge moslims in Europa zich nog verder uitbreidt.

Er is geen helder antwoord op de vraag welke strategie om IS te bestrijden het beste is. Wellicht is een combinatie van strategieën mogelijk, waarin we aan de ene kant IS en haar ‘kalifaat’ zo min mogelijk legitimiteit verschaffen, en aan de andere kant duidelijk uitdragen dat het huidige kalifaat van de IS niets te maken heeft met het vroegere, een bewering die gezien de grote verschillen tussen het hedendaagse en het oude kalifaat goed onderbouwd kan worden. De nadruk komt te liggen op het kalifaat als iets uit het verleden, waar geen plek voor is in het heden. In plaats van zich te richten op het geloof in een utopische islamitische samenleving, zou men er goed aan doen zich te realiseren dat dromen bedrog zijn, en dat utopieën realiseren altijd uitmondt in een dystopie. Het kalifaat is en blijft iets uit het verleden en hoort niet in de moderne tijd thuis. Het desondanks hiernaar verlangen, schaadt de levens van mensen, in de eerste plaats die van moslims zelf.

Gert Jan Geling is publicist over onderwerpen als het Midden-Oosten, radicalisering, integratie, immigratie, diversiteit, discriminatie, de multiculturele samenleving en de islam.